Iris Frerichs (1980) maakt grote tekeningen die organisch groeien en kleine tekeningen waarbij een suspense element aanwezig is. Bij de grote tekeningen neemt zij letterlijk haar ruimte waarbij vaak een collage-element zware accenten legt in het beeld en daarmee soms buiten het kader treedt. Bij voorkeur gebruikt zij verschillende tekenmaterialen in één tekening want zij zoekt naar een verrassingselement, niet alles is verklaarbaar. Van tevoren weet zij nooit precies waar het naartoe gaat.
Frerichs is zowel naar binnen als naar buiten gericht. Zij verweeft de grote verhalen van de wereld, zoals de vluchtelingenstromen naar Europa en de Verenigde Staten met haar eigen verhaal en de ervaringen die in haar leven plaatsvinden. Het zoeken naar beschutting is daarin een overeenkomst.
Zelf herkent zij vele bakens in haar tekeningen. Het zijn punten waaraan zij houvast ontleent en van waaruit verder gebouwd kan worden, al tekenend. De tent- of woningachtige constructies in met name de kleine tekeningen zijn soms bijna niet meer als zodanig herkenbaar en worden een soort karakters die zich schrap zetten, de wereld bezien of zich verschuilen.
Maurice van Daalen (1975) is een zeer nauwkeurige, gedetailleerde en ‘schoon’ werkende tekenaar die enkel werkt in lijnen, getekend met vulpotlood. Hij heeft een fascinatie voor onmogelijke bouwwerken, constructies en het verborgene. De constructie van een bouwwerk dat vaak als een vlechtwerk oogt, gaat bijna tot het oneindige naar binnen toe door waardoor de optie om er te leven volkomen komt te vervallen. De constructies doen denken aan een doolhof maar dan wel met een grote witruimte eromheen waardoor je als kijker op voldoende afstand blijft staan en niet benauwd wordt.
De ‘ondergrondse stad’, waarvan enkele tekeningen bij Galerie Getekend te zien zijn, is een megaproject waar Van Daalen al meer dan tien jaar aan werkt en waar hij een boek van maakt. Het is een stad, ergens in de aardkorst van de wereld, die alleen Van Daalen weet te situeren. Deze stad met alle ruimtes en trappen tekent hij volledig uit als een 3-D plattegrond.
De maat- en schaalverhoudingen zijn gekozen om op A-4 en A-3 formaat te kunnen werken. Elke laag die hij tekent is in werkelijkheid drieënzestig meter naar beneden en dan drieënzestig meter naar rechts. Er is een kluis en daarachter bevindt zich de echte stad. Alle ruimtes die Van Daalen tekent kloppen op schaal en hebben een eigen plek in de stad. Daarnaast krijgen zij een nummer mee die correspondeert met een index. Een zeer complex en technisch werk.
Tekst: Marije Bouman, 1 oktober 2021
Foto: Petra van der Tuin