Christiaan Kuitwaard kan altijd geanimeerd vertellen over zijn manier van waarnemen, over wat beeldend interessant is en over kunst in het algemeen. Maar liever tekent en schildert hij, zeer gedisciplineerd en met een indrukwekkend hoge productie. Hij laat geen moment onbenut om te tekenen, behalve als hij kan schilderen. Een kenmerkende opmerking van de kunstenaar is: ‘ als ik olieverf kon eten dan zou ik dat doen’. Hetzelfde geldt waarschijnlijk voor de tekenpen waarmee hij iedere waarneming trefzeker vastlegt. Zijn schetsboek gaat altijd mee, als hij iemand ophaalt met de auto en even moet wachten dan is er al snel een schets gemaakt. Ook op vakanties gaat het altijd mee.
Op uitnodiging van Galerie Getekend heeft hij recente schetsen die hij met zijn voeten in de branding bij Vlieland maakte tot zelfstandige tekeningen uitgewerkt die dezelfde bezonken en ook wel desolate sfeer weten op te roepen als zijn schilderijen. De middelen die hij hiervoor gebruikt zijn potlood, houtskool en inkt waarmee hij door enkele lijnen, verloop van tonen en een rasterpatroon alle punten van de tekening in het gareel houdt. Christiaan Kuitwaard noemt dit de democratisering van de tekening: elke plek is even belangrijk en alles heeft een even grote stem. Dat is ook de reden waarom hij meestal op een vierkant formaat werkt. Verticaal en horizontaal houdt elkaar in evenwicht.
Het vastleggen van de zee was vroeger een probleem voor hem. Er waren teveel horizontale lijnen waar geen verticale vorm tegenover gesteld kon worden. Door het toepassen van structuren in zijn schilderijen en rasters in zijn tekeningen kon hij het horizontale verbreken. Meestal plaatst hij de horizon hoog of zelfs buiten het kader van zijn werkvlak zodat sporen op het strand van schuim of mens optisch optimaal gebruikt kunnen worden. Hij speelt met positief en negatief. Wit schuim kan uiteindelijk juist als een zwarte vorm in het beeld terecht komen.
Het gebruik van rasters in zijn tekeningen werkt als een tweede laag, bewerkstelligd bij goed gebruik diepte maar schept ook afstand. Het hele beeld is ermee onder controle, alsof men door het vizier van schietwapen of fotocamera kijkt en eigenlijk al afscheid hebt genomen van het geziene.
Heel anders zijn de tekeningen in twee Moleskine leporelloschetsboeken die uitgevouwen in de galerie zijn opgesteld. Daar heeft Christiaan Kuitwaard zich specifiek gericht op de beweging van de tijd en wat dat met de vorm doet. In de eerste werd de bloem van een magnolia van knop tot sterven per dag vastgelegd. In de tweede gebeurd dat opnieuw maar dan bij een amaryllis. Zuiver lineair en zonder voorschets is dat verloop helder weergegeven.
Tekst: Marije Bouman