Getekend werk naar de natuur daaraan tegengesteld

Jurjen K. van der Hoek op zijn weblog.

Op een eigenaardige manier passen de tekeningen van Jitske Bakker en die van Cathelijn van Goor bij elkaar. Zo lijkt het op het eerste oog, na één stap over de drempel van Galerie Getekend genomen te hebben. Niet naadloos evenwel, maar wel overeenkomstige indrukken die uitdrukking kregen. Het denkbeeldige landschap, de gedachte omgeving, de beeld gekregen emotie.

Jitske Bakker maakt met houtskool op papier gedetailleerd uitgewerkte herinneringen aan als kind gemaakte bergwandelingen. Toen dwaalde ze door berg en dal, langs beken en over paden. De gedachte terughalend aan wat er na de volgende bocht in het landschap is. De sensatie van de verrassing. Zolang je op het rechte stuk bent is dat uitzicht nog een denkbeeld. Je kunt je er van alles bij voorstellen. Het betovert je verbeelding, zet je fantasie op scherp. Bakker laat in haar werk de verwachting zien. De gedachte aan wat zal kunnen zijn. Het moment na nu, de dag van morgen. Dat maakt je onrustig, je wilt dat weten – kunt bijna niet wachten het te zien. 

Bakker tekent het uit, wat ik slechts kan vermoeden. Hopen wat daar om de volgende bocht is. Eigenlijk maakt Bakker de toekomst in het heden. Als in een glazen bol kijk ik ernaar. De grond golft dan ook onder mijn voeten. De aarde ligt bezaaid met hiëroglief achtige vormen. Ook het verleden heeft een plek in de toekomst. Bollen zweven als geërodeerde lichte rotsblokken voor mijn ogen. Stammen van bomen prikken in de aarde, priemen hun kale takken in de lucht. En in de achtergrond verheffen de bergen zich majestueus, als vaste rots van mijn behoud. Want ik verdwaal in het beeld dat Bakker schiep. Ik ben een zwerver, een doler daarin. Op een vreemde manier voelt het wel veilig, is de toekomst niet onzeker.

Dat kind kan het niet weten, omdat het er nooit is geweest. Het landschap achter de volgende bocht is nog niet door haar ontdekt. Was ze er wel eerder dan gaat Bakker uit van haar herinnering, is het een beeld uit het verleden. Maar ze was er niet eerder, dus gebruikt ze haar verbeelding. Het is een door haar geest niet ontgonnen landschap. Dat maakt het meer interessant, omdat de toekomst voor ons ligt en nieuw is. Jitske Bakker is als de waarzegster die in haar bol kijkt en voor ons dit ziet en tekent. En is de toekomst dan heden en waarheid, kan deze worden gefrommeld en in de papierbak verdwijnen. Om toch weer eens terug te kijken op dat wat je dacht dat toekomst zal zijn, om de herinnering aan morgen terug te halen, leegt Bakker de prullenbak en probeert de toekomst die nu verleden tijd is weer glad te strijken. Maar er zijn gaten gevallen, scheuren gevouwen, het is een rommeltje. Zo zoals je je niet alles meer kunt herinneren, het verleden van de toekomst terug kunt halen in het nu. Soort van stoornis in het kortetermijngeheugen. Om niet te spreken van dementie, ingewikkeld en ingrijpend. Maar Bakker maakt van die nood een deugd, ze gebruikt de opgepropte tijd voor een nieuwe vorm van uitdrukken. Vanaf het vlak de derde dimensie in.

Daarnaast maakt Cathelijn van Goor ook beeld van de omgeving. Het landschap in abstractie, zoals de computer het in digitale nullen en énen vertaald. Op internet, en vooral in Google Maps en Streetview, zoekt Van Goor onderdelen in het landschap waarmee de digitalisering aan de haal is gegaan. Ofwel waar de vertaling is misgegaan, waar de nullen en énen in de haast geen orde meer vormen. In de wanorde zien wij een digitale aanpassing van de werkelijkheid, de boom die een beeldhouwwerk schijnt of gevangen zit in een glazen stolp. Dit gegeven gebruikt Van Goor voor haar tekeningen, (kleur)potlood op papier. 

In de werkelijkheid wijkt de natuur voor technologische ontwikkelingen. In de digitale wereld wordt de verbeelde natuur omgezet in pixels en aangepast op wat de berekening van de computer aankan. Een glitch of bug is de onverwachte output door een kortdurende softwarematige storing of een ongewenst effect in de werking van software. Er ontstaan vervormingen in het getoonde beeld, het is deformatie in de informatie. In deze wetenschap maakt Van Goor haar composities. De landschappen zijn zo misvormd dat deze kloppen op een vreemde manier. Het resultaat is een onherbergzame omgeving, die doet denken aan druipsteengrotten of een uitgestrektheid tijdens de tweede scheppingsdag of na de apocalyptische val van de aarde. Door het kleurgebruik is het wereldbeeld vol van vurige transformaties. Het regent tinten, windvlagen laten kleuren vervliegen. Zonder kleur is er mysterie, doet de compositie wereldvreemd aan. Om de volgende bocht hoop ik niet dit beeld als aanblik te krijgen. 

Dit zie ik als ik mijn ogen sluit en het geziene beeld zich brandt in mijn oogleden. De echte kleuren worden hels. De natuur zet zich af, maar verliest uiteindelijk de tegenstand. Flora en fauna leggen het loodje, tegen de technologie is geen kruid gewassen. Dit is wat Cathelijn van Goor mij laat zien, een imaginaire wereld die weleens bewaarheid kan worden. De nieuwe mens brengt zoveel tijd achter het beeldscherm door dat het idee van tijd en plaats vervaagd. De achtertuin wordt een digital backyard, waarin bijzondere verschijnselen zich voordoen als normale verschijningen. De natuur wordt opnieuw geschapen, licht en duisternis gescheiden, het uitspansel en het hemelgewelf.

En dan zie ik het contrast tussen de tekeningen van Bakker en Van Goor. Maar juist daardoor sluit het werk zo goed aan, door het verschil in benadering van de werkelijke omgeving. Jitske in haar manier fijntjes en met oog voor detail en glooiende vlakken. Cathelijn werkt grover door haar vertaling van de digitale conversie van de natuur. Haar vlakken gloeien, lijnen stromen over het papier. Minder grof evenwel dan de wereld volgens Google. Haar digits zijn echte streepjes. Met de hand gemaakt.

 

 

Deel dit bericht