Gitte Brugman, cultuurredacteur van de Leeuwarder Courant en auteur, opende de tentoonstelling van Heidi Linck en Marijke Mink.
Onlangs op Art Noord zag ik het werk van Heidi Linck voor het eerst. Met slechts een paar lijnen weet ze de suggestie van een ruimte te wekken. De zwarte contouren zijn als het ware de ribben van een kamer. De wanden van een vertrek, een huis.
In haar eigen toelichting zegt ze dat het gaat om gebouwen die hun functie hebben verloren. Door oorlog en geweld, door verval en sloop of door verlating.
Voor de kijker doet dat er minder toe. Die waant zich in een nieuwe wereld, die hij zelf kan invullen. De wanden zijn nog blanco, hun positie flexibel.
In DIA Beacon, vlakbij New York zag ik ooit een vergelijkbaar werk in een heel grote zaal. Met heel dunne lijnen werd een ruimte gesuggereerd en hoewel er behalve die lijnen niets te zien viel, had je toch het idee dat je er binnen kon stappen. Of dat je weer naar buiten ging als je naar een ander vertrek wandelde.
Maar het werk van Heidi doet niet alleen aan gebouwen denken. Neem deze… misschien minder een ruimte, eerder een boek. Het is alsof je er in kunt bladeren. Het papier nog blanco. Waarmee wil je de pagina’s vullen? Een dagboek, een verzonnen verhaal, huiswerk? Alles ligt nog open.
Dat is aan de ene kant fijn, alles is nog mogelijk. Maar aan de andere kant roept dat ook vragen op, het idee dat er iets moet. Je voelt de druk. Deze ruimte vraagt erom gevuld te worden…
Hier raakt het werk van Heidi aan dat van Marijke. In haar kleurrijke tekeningen figureert vaak/steeds een vrouw in een kamer. We nemen aan dat het haar atelier is, er staat immers een tekentafel tegen de wand. Die tafel heeft vaak een wit blad.
Hier wacht iemand op inspiratie. Hier dringen keuzes zich op…
Want aan informatie geen gebrek. Soms bevindt die zich nog buiten. Maar op veel tekeningen zijn de beelden binnengedrongen, zo lijkt het.
Kleurrijke taferelen en vormen cirkelen om haar heen. Ze vragen allemaal om aandacht. Maar wie of wat krijgt de voorkeur? Een keuze voor het ene, betekent het uitsluiten van het andere.
Het is of de hoofdpersoon daarmee in een soort eeuwigdurende worsteling verkeert. Het is een universeel beeld, dat niet alleen geldt voor een kunstenaar maar voor elk mens.
Als ze al iets op papier zet, twijfelt ze nog. Ik zie hier iemand die zich in wanhoop over het papier laat vallen… Ze heeft een keuze gemaakt, maar weet niet of dat de goede is.
Ik herken hier veel van mezelf in. Het leven zit vol keuzes, en als je, zoals ik, onlangs zestig bent geworden, dan dringt de vraag zich op: wat nog te doen? Het leven is al voor een groot deel geleefd, zijn er dingen verwaarloosd? Wat zit er nog in het vat? Slaan we nog een keer een andere weg in?
Het is alsof deze vrouw zich hetzelfde afvraagt. Op deze tekening zie ik haar met een bezem, schoon schip maken. Ze heeft zich voorgenomen dingen op te ruimen, af te sluiten. Maar bezig met vegen ontstaan nieuwe kwesties. Het is als wrijven in een vlek… de dilemma’s nemen alleen maar toe.
Dit klinkt misschien niet positief. En zo voelt het ook beslist niet altijd, kan ik u zeggen. Maar laten we dan nog een keer kijken.
Er is geen reden tot somberheid. Houd ik mezelf ook voor!
Kijk om haar heen! De wereld buiten, haar kamer… die vult zich met kleur. Feestelijk, rijk in vorm. Ik stel me zo voor dat dit herinneringen zijn. Wat heeft deze vrouw allemaal al meegemaakt? Haar blik is gericht op het witte vel voor haar, maar achter haar ligt een vol leven. Met mooie gebeurtenissen, belevenissen, hoogtepunten.
Jaren geleden, toen ik – waarschijnlijk rond mijn veertigste, weer een tiental waarbij levensvragen zich opdringen – bij een arbeidspsychologe was, riep die de hulp in van een dorpsgenoot die helderziend was. In een sessie met haar zag ze mij balanceren op een koord. Ik droeg een glazen bol in mijn handen, die de wereld voorstelde.
Op mijn pad had ik vooral oog voor kleine dingen, bloemetjes aan mijn voeten. Maar om mij heen was zoveel meer moois. Ze raadde me aan mijn blik te verruimen, minder naar beneden te kijken maar meer om me heen.
Een wijze raad, waar ik ook nu, twintig jaar later, weer aan terugdenk.
Ik las afgelopen week uitleg bij het gedicht The road not taken van Robert Frost. Hierin heeft hij het erover dat hij de road less traveled kiest, om niet als anderen te zijn. Omdat hij op avontuur wil. Maar tegelijk beschrijft Frost hoe beide paden evenzeer zijn uitgesleten, en dat elke keuze betekent dat je iets anders niet zult doen. Het heeft geen zin hier spijt over te hebben, wil hij maar zeggen. Maak een keus en sta daarvoor. Geniet ervan, want dit is wat je hebt.
En zie wat dat is!
Two roads diverged in a wood, and I,
I took the one less traveled by
And that has made all the difference.