Speech opening tentoonstelling EMERGE

Heerenveen’ 8 september 2019

Allereerst wil ik heel graag Stina van der Ploeg feliciteren met haar 2
e presentatie in haar nieuwe galerie ‘Getekend’ met de prachtige tentoonstelling ‘Emerge‘ met de tekeningen van Harm van den Berg.

Dank voor de uitnodiging om hier een paar woorden te mogen spreken.

Recent mocht ik aangenaam kennismaken met de kunstenaar en zijn tekeningen in zijn studio in Amsterdam.

Daar liggen de tekeningen kwetsbaar op tafel.  Witte stevige vellen in verschillende formaten. Kostbaar en kwetsbaar. Ik durf er eerst amper naar te kijken. Bang om de orde te verstoren.

Op een later moment wijst de kunstenaar naar twee plekken in zijn studio op de muur.  En opeens realiseer je je dat de tekeningen overal kunnen zijn. Als gedachtes die als een rizoom, een wortelstelsel, overal tevoorschijn kunnen komen, daar waar de kunstenaar met zijn grafietstift dat bepaalt. 

Direct voel je bij de tekeningen van Harm van den Berg de verwondering van de kunstenaar naar de aard der dingen. Verwondering naar de fenomenen van de natuur, naar de wetten waarnaar de fenomenen moeten handelen.

Graag wil ik een paar fenomenen er uitlichten:

Kettingreacties
Elke tekening heeft
één begin, één startpunt waaruit gewerkt wordt. Nooit meerdere beginpunten tegelijk op één vel.
De tekeningen kun je zien als notaties van een momentopname, van een groeifase van een ongedefinieerd proces. Aaneenschakelingen van dezelfde vormen. Aaneenrijgingen van soms blokjes, soms rondjes, driehoekjes, of lijnen in een bepaalde zeer regelmatige ritmiek.  Als verstilde kettingreacties: oorzaak en gevolg. De ene notatie geeft richting aan zijn opvolger. Maar de kunstenaar bepaalt wanneer het begint en eindigt.


De kracht van de herhaling
Door de talloze kleine tekens steeds te herhalen, wordt het getekende proces een patroon. Een herkenbaar ritme voor het brein, waardoor er spontaan een logica ontstaat, terwijl je eigenlijk niet exact kunt benoemen waar je naar kijkt.


Zowel micro als macro
Het is alsof je door een vergrootglas in een petrischaal kijkt naar kleine bouwstenen die ten opzichte van elkaar een relatie aangaan.
Maar tegelijkertijd is het ook een vertaling van de sterrenhemel, de grote lichamen die eveneens verbinding zoeken.

Tijd
Als beschouwer weet je dat de kunstenaar veel tijd en energie heeft gestoken in het maken van een tekening.  Filosoof Henri Bergson
(1859-1941) maakte onderscheid tussen echte tijd (de kloktijd) en ervaren of innerlijke tijd (de durée).  Het zou mooi zijn als de beschouwer de innerlijke tijd wil nemen om de tekening echt te doorgronden. De tekeningen van Harm bieden daar bij uitstek handgrepen voor en verdienen het om langdurig ervaren te worden.

Beweging
Door de aaneenschakelingen van de tekens in regelmatige reeksen, in rechte en kromme lijnen ontstaat de suggestie van beweging: bevroren beweging.  En niet alleen in het platte vlak. Door het harder en zachter aanzetten van het potlood ontstaat er de suggestie van diepte en wordt het schouwspel ruimtelijk. De associatie met muziek is daar.

Toeval
De patronen en lijnen lijken per toeval tot stand te komen. Ligt er een algoritme aan ten grondslag? Elke tekening pakt anders uit. Ongericht ongestructureerd zonder doeloorzaak. Maar slechts de zeer geoefende hand weet het automatisch notatieschrift perfect toe te passen.

En van toeval komen we tot slot bij het betekenisvolle fenomeen emergentie waar toeval ook een rol speelt.


Emergent

De titel van de tentoonstelling en het boek is Emerge. In het Nederlands: emergent. spontaan optredend, te voorschijn tredend. De ontwikkeling van complexe georganiseerde systemen, waardoor nieuwe eigenschappen ontstaan. 
Een voor mij complex denkbeeld dat ik niet zomaar gelijk kan bevatten, maar wel aanvoel dat het een goed gekozen begrip is voor het werk. 

Bij het zoeken naar uitleg over emergentie kwam ik een foto tegen van een zwerm spreeuwen in vogelvlucht.  Een prachtig voorbeeld van een nog niet volledig verklaard fenomeen. 

Kunsthistoricus Peter van der Meijden heeft in je boek heel mooi over het begrip geschreven.

Tot slot:

In ons gesprek viel het woord monnikenwerk. Ik dacht daarbij aan de monnik die in serene stilte in het scriptorium een boek verlucht, in volle concentratie werkend in schoonschrift aan wetenschap.

Maar tot mijn schrik las ik in Stoett’s spreekwoorden en gezegden een definitie die monnikenwerk aanduidt als vergeefsche arbeid, die veel geduld en tijd vereischt; noodelooze moeite

Ik las nog een andere definitie: weinig spectaculaire bezigheid die veel zorgvuldigheid en doorzettingsvermogen vergt…

Met klem wil ik zeggen dat ik daar afstand van neem. 
Ik vind je werk een resultaat van spectaculair handelen en zeer de moeite waard om door te zetten!

Dank voor uw aandacht!

Amersfoort’ 31 augustus 2019
Judith van Meeuwen

Deel dit bericht